Byron Bay, Noosa en Fraser Island

Het is alweer 2 weken geleden dat ik mijn laatste blog schreef en ik heb al weer heel wat meegemaakt!

In mijn vorige blog schreef ik dat ik op zoek zou gaan naar een plek om te WWOOFen.
Ik heb gezocht maar er was niet iets te vinden in de omgeving van Byron Bay.
Daarom heb ik besloten om eerst nog te gaan reizen en dat ik later weer ga zoeken om te WWOOFen.
Er is hier namelijk genoeg te zien en te doen.


Donderdag 28 mei, wandeling gemaakt naar the Lighthouse (vuurtoren) in Byron Bay.
Vanaf het strand vlakbij het hostel leek het vrij dichtbij te zijn, maar je kon wel zien dat je een eindje omhoog moest lopen.
Ik had me voorgenomen om gewoon te beginnen aan de wandeling en dan zou ik wel zien hoe ver ik zou komen.
Uiteindelijk heeft het me 2,5 uur gekost om boven te komen, maar het is me gelukt!
Onderweg heb ik een aantal keren gedacht 'dit red ik niet', aangezien het heel stijl en zwaar was, maar ik ben toch doorgegaan en ben boven gekomen.
En wat was het het waard! Wow wat een uitzicht zeg!
Het leuke aan iets omhoog klimmen is dat je ook weer naar beneden moet en dat gaat dan 2 keer zo snel.

Op zaterdag 30 mei ging ik kajakken met dolfijnen (in de zee).
's Ochtends werd ik opgehaald van het hostel en reden we naar de plek waar de kajaks waren.
Als eerste moesten we ons goed insmeren en een reddingsvest aandoen.
Daarna kregen we een kort lesje over hoe je moest peddelen en hoe je het beste het water op kon gaan ivm de golven.
Toen moesten we de kajaks naar het strand tillen en ging het avontuur beginnen.

Het was mooi weer: de zon scheen en er waren bijna geen golven.
De tourguide zei dat hierdoor de kans erg groot was dat we dolfijnen zouden zien.
Het duurde best wel even voor we iets zagen.
Maar na ongeveer een uurtje peddelen kon je als je heel geduldig was en goed in de verte keek een walvis zo nu en dan uit het water zien springen. Zo mooi!
De dolfijnen hielden zich nog even verscholen, dus gingen we eerst wat drinken aan een strandje.
Na wat gedronken te hebben zagen de tourguides dolfijnen zwemmen, dus zijn we snel weer het water op gegaan.
Het is niet toegestaan om de dolfijnen te benaderen, want dat is strafbaar hier in Australië, maar uiteindelijk heb ik toch dolfijnen gezien op zo'n 150 meter afstand. Supergaaf!
Het was wel jammer dat ze niet dichterbij kwamen (de tourguide vertelde dat ze soms wel onder de kajaks door zwemmen), maar ik vond het in ieder al geweldig om ze zo in de natuur te zien! Is weer eens wat anders dan in Dolfinarium.

Zondag 31 mei, weer verder reizen met Loka.
Om 7.00 uur 's ochtends zijn we vanuit Byron Bay vertrokken.
Onderweg zijn we gestopt in Fingal Heads. Hier hebben we een stukje gewandeld en van het uitzicht genoten.
De rotsen in deze omgeving zijn ontstaan vanuit een vulkaanuitbarsting van vroeger. Mooi om te zien hoe de natuur zijn eigen gang gaat.
Aangezien het nog aardig vroeg was, had iedereen wel zin in ontbijt.
Onze tourguide was alleen even vergeten dat het zondagochtend was, waardoor we voor een dichte deur van een café stonden, haha.
Dus toen moesten we eerst wat meer naar de bewoonde wereld rijden.
Onze volgende stop was Surfers Paradise, waar we wel konden ontbijten.
Na Surfers Paradise zijn we naar Brisbane gereden, waarna we doorreden naar Noosa Heads, waar ik ongeveer 2 weken zal verblijven.
's Avonds was er een gratis BBQ in het hostel en tegen gratis eten zeg je natuurlijk geen nee als backpacker zijnde.

Dinsdag 2 juni, Australia Zoo.
Ik was van plan om alleen naar the Australia Zoo te gaan.
Maar toen ik 's ochtends zat te ontbijten, kwam er een meisje naar mij toegelopen die vroeg of ik toevallig ook naar de dierentuin ging.
Zij ging er namelijk ook alleen heen en toen zijn we gezellig samen gegaan.
We moesten zo'n 2 uur in de bus zitten naar de dierentuin en omdat we vrij vroeg vertrokken, kon ik in de bus nog mooi even slapen.
Toen we bij Australia Zoo aangekomen waren, was het al vrij snel duidelijk dat de dierentuin was opgericht door Steve Irwin. Je zag overal foto's van hem en zijn vrouw en kinderen.
Steve Irwin was The Crocodile Hunter (bekend van documentaires over wilde dieren en voornamelijk over zijn lievelingsdier: the crocodile). Hij is in 2006 omgekomen door een steek van een pijlstaartrog tijdens het filmen van een documentaire.
In de dierentuin hebben we krokodillen (hoe kan het ook anders), dingo's, slangen, koala's, kangaroes en nog veel meer gezien.
Je kon met heel veel verschillende dieren op de foto. Ik ben op de foto geweest met een koala. Lekker zacht en warm. Ik mocht hem helaas niet mee naar huis nemen, gek hè!
Er was ook een show waarin verschillende dieren naar voren kwamen, met als hoogtepunt een krokodil die omhoog sprong uit het water om een prooi te krijgen. Je kon het klappen van zijn kaken heel duidelijk horen!
Ik vond het gaaf om de slangen en krokodillen achter glas te kunnen zien, maar ik hoef ze niet per se in het echt tegen te komen :P
Aan het einde van de dag konden we ook nog een kijkje nemen in het wildlife hospital wat vlak naast de dierentuin zit. Hier worden allerlei zieke dieren binnengebracht en verzorgd.
En toen zat de dag er alweer op en gingen we weer in de bus terug.

Woensdag 3 juni, Eumundi Markets
Op woensdag ben ik naar Eumundi geweest. Hier hebben ze elke woensdag- en zaterdagochtend een hele grote markt. Het zag er heel leuk uit en er hing een hele gezellige sfeer.
Het meeste wat verkocht werd was sieraden en dan voornamelijk armbanden.
Er was ook een gedeelte waar je allemaal verschillende soorten eetkraampjes had. En tot mijn stomme verbazing verkochten ze ook Dutch Pancakes, oftewel poffertjes. Dus die moest ik natuurlijk even proeven. En ja het waren echte poffertjes, lekkurrr.

Donderdag 4 juni, Fraser Island 4wd tour
Van donderdag tot en met zaterdag heb ik iets gedaan waar ik erg naar uitgekeken heb en wat een van de highlights van de oostkust is, namelijk een 4 wheel drive tour naar Fraser Island.
Als je een backpacker tegenkomt die de oostkust aan het doen is, dan is de kans heel groot dat ie 2 dingen gedaan heeft of op zijn todo-list heeft staan: Fraser Island en the Whitsundays.
En nu was het dus mijn beurt om naar Fraser Island te gaan.
Op woensdagavond hebben we een voorbereidende meeting gehad over rijden op het eiland enz.
Wat alleen wel een beetje jammer was, was dat je 21 moest zijn om te mogen rijden. En aangezien ik in juli pas 21 wordt, mocht ik dus niet rijden.

Maar goed, donderdagochtend moesten we om 7.00 uur klaar staan bij de receptie van het hostel.
Daar werden we opgehaald met een bus en moesten we 2 uur naar Rainbow Beach rijden.
In Rainbow Beach werden we afgezet bij het bedrijf dat de auto's verhuurde en hier ontmoetten we ook onze tourguide (Nathan) voor de komende 3 dagen.
We hadden 3 auto's, waar in ieder 8 mensen konden.
De voorste auto werd steeds door Nathan bestuurd en in de achterste 2 auto's werd er steeds afgewisseld wie ging sturen.
Nadat iedereen een plekje had gevonden in de auto's ging het avontuur echt beginnen.
Als eerste reden we naar de ferry die ons van Rainbow Beach over zou brengen naar Fraser Island.
Dit duurde niet heel lang, dus al gauw scheurden we door het zand over het eiland.
Fraser Island is namelijk een zandeiland, waar (bijna) geen verharde wegen zijn.
Na een tijd gereden te hebben was het tijd voor lunch en dus gingen we naar het 'resort' waar we de komende 2 nachten zouden slapen.

Na de lunch zijn we naar Lake Mackenzie gereden.
Hier hebben we gezwommen en gezeten aan het strand. Omdat het wat bewolkt was, was het nog best fris en het water was ook niet al te warm, maar het was wel lekker om even te zwemmen.
Hierna zijn we teruggereden naar het resort en kregen we onze kamer toegewezen. Ik deelde een kamer met Nicole (nederlands), Lara en Varina (beide duits).
We waren zo moe dat we 's avonds nog even rustig op onze kamer gezeten hebben en vroeg zijn gaan slapen. (de rest van de groep heeft nog tot in de late uurtjes gefeest)

vrijdag 5 juni, Fraser Island dag 2
De 2e dag zijn we om 8.00 opgestaan en na het ontbijt meteen op pad gegaan.
Als eerste zijn we naar de Champagne Pools gereden, waar we de gelegenheid kregen om even te zwemmen.
Dit zijn een soort van natuurlijke zwembaden.
Het is een gedeelte wat afgebakend is van de zee door middel van rotsen.
Het water wat erin zit komt er doordat de golven over de rotsen heen slaan.
Als het vloed is komt er veel water naar binnen, wat er voor zorgt dat het water bubbelt (vandaar de naam
champagne pools).
Ik moest natuurlijk wel even ervaren hoe dat was.
Het water was weer lekker verfrissend, maar gelukkig was het zonnetje lekker warm. :P

Na de champagne pools hebben we geluncht bij de auto, voor we weer verder reden.
Onze volgende stop was Indian Head.
Dit is het meest oostelijke punt van het eiland. Het is vroeger ontdekt door Captain Cook en hij heeft het zo genoemd omdat hij mensen op de rotsen zag staan, waarvan hij dacht dat het indianen waren (maar het waren aboriginals). Het schijnt dat veel aboriginals deze plek ontwijken, omdat er ooit aboriginals van de cliff afgeduwd zijn. Zonde want het is echt supermooi.
Om op de cliff te komen moesten we via rotsen omhoog klimmen. Gelukkig was het niet al te stijl en had je genoeg plekken om je voeten neer te zetten.
Eenmaal boven gekomen hadden we echt een prachtig uitzicht en kon je 360° rondkijken.
Het schijnt dat je er ook heel veel dieren in de zee kon zien, zoals haaien, dolfijnen, schildpadden en soms ook walvissen, maar helaas was er geen dier te bekennen toen wij er waren. En toch was het uitzicht er niet minder om!

Toen we allemaal weer veilig en wel beneden waren zijn we weer in de auto gestapt en verder gereden naar het Maheno Shipwreck.
Dit is een heel roestig wrak van een battleship van de oorlog van vroeger.
Het is er ooit vast komen te zitten en toen dachten ze 'we wachten wel af tot het weer vloed wordt', maar door de stroming was het schip alleen nog maar meer vast komen te zitten in het zand en dus konden ze helemaal niet meer wegkomen. Toen hebben ze het gebruikt voor oefeningen om het te bombarderen en toen het dusdanig beschadigt was dat ze dat ook niet meer konden doen hebben ze er een bezienswaardigheid van gemaakt.

Na de Maheno Shipwreck zijn we doorgereden naar Eli's Creek waar we ook weer konden zwemmen.
Dit was een freshwater riviertje, waar je eerst over een steiger naar het begin/einde toeliep, waar je dan het water in ging en je vervolgens liet meevoeren door de stroming. Het water was zo schoon dat je er zelfs uit kon drinken. En aangezien mijn waterfles leeg was en ik best wel dorst had, heb ik meteen mijn flesje maar even gevuld.
Hierna was het tijd om weer terug naar te gaan naar het resort.

Zaterdag 6 juni, laatste dag Fraser Island
En toen zat het er alweer bijna op.
Nadat iedereen zijn spullen weer in de auto's geladen had zijn we nog naar Lake Wabby gereden.
Maar om echt bij het meer te komen moesten we eerst nog 45 minuten door het zand omhoog lopen.
Pfoeh dat was pittig! Maar als je dan weer ziet waar je het voor doet is het het zeker waard.
Na een tocht door het bos kwamen bij een hele grote zandvlakte uit met aan de linkerkant het meer.
Vroeger was het meer zo groot als de zandvlakte, maar op de een of andere manier is door de jaren heen het zand opgeschoven, waardoor dus het "strand" veel groter is dan het meer.
In het meer zwommen ook van die visjes die het eelt van je voeten eten, maar helaas wilden ze niet happen. Misschien stonken mijn voeten wel heel erg, haha.
Na de lange wandeling terug hebben we nog geluncht bij het resort en toen zijn we weer begonnen aan onze reis terug naar het vaste land en was de tour al weer afgelopen.

Ik ben nu weer in Noosa en ik blijf hier tot aanstaande donderdag.
Dan stap ik weer op de Loka bus en ga ik richting Airlie Beach.

Zo dat was weer een heel verhaal!
Ondanks dat dit nog maar mijn vierde week is hier heb ik al zoveel meegemaakt.
Ongelofelijk! En dan te bedenken dat ik nog het dubbele te gaan heb. Ik ben benieuwd wat ik nog meer allemaal ga zien en doen.

Ik wilde jullie allemaal nog bedanken voor de leuke reacties op mijn blogs en op facebook.
Ondanks dat ik alleen reis heb ik zo toch het gevoel dat ik het kan delen.

Tot de volgende blog!